VERWERKING 

 

poshorsa

Werkwijze

Jullie als rechters moeten gaan beslissen of de gearresteerde man uit de opdracht in de gevangenis moet blijven of niet. Als hij in de gevangenis moet blijven, moeten jullie beslissen hoe lang hij nog in arrest moet blijven.

 

1. Bijlage 1: Onderzoeksrapport.


Om een beslissing te kunnen nemen moeten jullie eerst wat meer weten over de Nederlandse rechtstaat en Nederlandse staatsinrichting. Dit doen jullie door een  onderzoek uit te voeren middels het beantwoorden van een aantal vragen.

De vragen staan op de pagina ‘Infobronnen’ onder het kopje ‘Vragenlijst bij punt 1’ en dienen alle beantwoord worden.

Bij ieder antwoord vermelden jullie een of meerdere bronverwijzingen[1] in bijvoorbeeld voetnoten [2] of eindnoten en eventueel pas je citaten[3] toe. Van alle antwoorden samen maken jullie één logisch verhaal. De bijlage krijgt een voorblad[4].

politieagent

 

Foto: Een agent van de motorpolitie

rechtbank zittingszaal 2

 

Foto: Zittingszaal 2 van de Amsterdamse rechtbank

2. Bijlage 2: Het voorlopig vonnis

 

Naar aanleiding van jullie Onderzoeksrapport stellen jullie een eerste versie van het vonnis op (= het voorlopige vonnis). Bij ieder beslissingspunt van jullie vonnis horen 1 of meerdere bronverwijzingen.

Als een beslissingpunt niet teruggevonden kan worden in het Onderzoeksrapport, dan moet het Onderzoeksrapport bijgewerkt worden. Na het bijwerken moet de bijpassend bronverwijzing wel gevonden kunnen worden.

 

3. Inleveren Bijlage 1 en Bijlage 2

4. Bijlage 3: Heroverweging

 

Het gemaakte vonnis zal gevolgen hebben voor toekomstige arrestaties. Want bijna alle rechten en plichten gelden in dezelfde mate voor iedereen in Nederland.

Pas de rechtspraak daarom toe op de volgende testsituaties:

·        Een man wordt verdacht deelgenoot van een terroristische organisatie te zijn. In zijn huis worden plattegronden van gebouwen en materialen om bommen mee te maken gevonden.

·        Een man wordt zonder reden opgepakt.

·        De man was een taxichauffeur,

Bij maken en toepassen van het vonnis op deze testsituaties moeten ook de antwoorden uit de ‘Vragenlijst bij punt 4’ op de pagina ‘Infobronnen’ beantwoord worden.

cellencomplex

 

Foto: Cellencomplex van de Amsterdamse rechtbank

 

 

rechtbank Amsterdam

 

Foto: Vooraanzicht van rechtbank in Amsterdam

Jullie kunnen bij het maken van deze opdracht gebruik maken van alle bronnen op de pagina Infobronnen. Waar nodig werken jullie Bijlage 1 en Bijlage 2 bij, maar jullie veranderen het voorlopige vonnis niet.

 

5. Hoofddocument: Het definitieve vonnis

 

Jullie gaan nu kijken of jullie eigen voorlopige vonnis terecht is en beschrijven waarom deze wel of niet gewijzigd moet worden. Daarna stellen jullie als rechters het vonnis op dat toegepast moet worden op de man in de cel inclusief de bronverwijzingen. Het vonnis moet als een conclusie van het totale onderzoek overkomen.

Jullie maken het document af door te beschrijven wat jullie gemaakt hebben en wat voor bijzonderheden jullie tegen zijn gekomen tijdens het onderzoek en het maken van het vonnis.

Waar nodig werken jullie Bijlage 1, Bijlage 2 en Bijlage 3 bij, maar jullie veranderen het voorlopige vonnis niet.

 

6. Inleveren definitief vonnis met mogelijke gevolgen voor de Nederlandse maatschappij.

 

7. Persoonlijk verslag

 

Iedere rechter afzonderlijk maakt een persoonlijk verslag over de samenwerking tijdens het uitvoeren van deze opdracht.

gevangenis breda 'de koepel'

 

Foto: Gevangenis de Koepel in Breda

8. Inleveren Persoonlijk verslag.

 

9. Bespreking

 

Tijdens een klassengesprek wordt de opdracht besproken. Iedere groep moet dan zijn mening verdedigen. Indien een groep hun mening tijdens dit gesprek willen herzien, dan moeten deze dat duidelijk aangeven. Ook moet die groep aangeven waarom hun mening onverdedigbaar blijkt te zijn.

 

poshorsa

< HOME >

Nog een webkwestie / webquest doen?
Surf naar: www.webkwestie.nl

Heb je op- of aanmerkingen ter verbetering van deze webkwestie?
Zijn er links die niet meer werken?
Geef het door aan de webkwestiemaker.
Klik daarvoor hier.

 



[1] Een bronverwijzing geeft aan welk bron en welk deel daarvan je gebruikt hebt.

[2] Een voetnoot en een eindnoot zijn korte stuk tekst waarin een uitleg of een bronverwijzing staat.

[3] Een citaat is een stukje tekst die je letterlijk overneemt uit een bron. Dat doe je, omdat deze duidelijk maakt wat je over wil brengen of omdat deze belangrijk is om de tekst te begrijpen.

[4] Op dit voorblad komt de titel bijvoorbeeld: Bijlage 1, Onderzoeksrapport. Onder deze titel moeten jullie een zelfverzonnen titel schrijven (dat heet een ondertitel) met maximaal 10 woorden. Deze ondertitel is beschrijvend voor wat in jullie onderzoeksrapport staat.