OPDRACHT |
De Engelstalige benaming van dit deel van de
webkwestie is “task”.
Het maken van een webkwestie begint natuurlijk
met het kiezen van een onderwerp. Ga bij jezelf (of curriculum) na welk onderwerp
je voor de kinderen zou kunnen kiezen. Je kunt natuurlijk aansluiten bij de
lesstof of bijvoorbeeld als alternatief gebruiken voor het traditionele werkstukken
maken. Je moet natuurlijk wel aansluiten bij de belevingswereld, maar
tegelijkertijd een échte uitdagende opdracht bedenken.
Daarna begint voor jou het zoeken naar bronnen
op Internet die goede informatie bieden over het gekozen onderwerp. Het is heel
handig om die gevonden links niet alleen aan de favorieten toe te voegen, maar
ook even te kopiëren naar bijvoorbeeld "kladblok", met de naam van de
site erbij. Dit zoeken naar links kan ook door oudere leerlingen worden gedaan.
Zorg wel dat je minstens vijf websites gevonden hebt die ook echt bruikbaar
zijn voor de kinderen. Je moet daar toch wel kritisch op zijn.
Bij het onderwerp en de informatiebronnen
bedenk je vervolgens een of meerdere opdrachten, zoals:
1. een probleem oplossen
2. een standpunt innemen of
verdedigen
3. iets tastbaars maken
4. bepaalde dingen moeten met
elkaar vergeleken worden
5. zaken sorteren volgens
bepaalde regels of zelf de sorteerregels laten samenstellen
6. een samenvatting maken
7. met de juiste redenen iemand
overtuigen
8. iets creatiefs maken
9. een presentatie geven
10. alles waarbij van de
leerlingen gevraagd om informatie te categoriseren, te structureren, op
volgorde zetten, enz.
Heel veel kinderen zijn tegenwoordig erg
visueel ingesteld. Zorg daarom dat je webkwestie er aantrekkelijk uitziet. Ga
voor jezelf maar eens na welke boeken je als kind opzij legde en om welke
reden. Zo gaat dat tegenwoordig ook met websites. Probeer daarom met visuele of
auditieve “pakkerds” de aandacht van kinderen te trekken en vast te houden.
Een leuke, misschien wel bewegende, afbeelding
die bij de webkwestie past, is op internet al gauw gevonden.
meer webkwesties zijn te vinden op: